Misvattingen.nl
Kaft

Verbeteringen en aanvullingen

Aardrijkskunde

De Rijn komt bij Lobith ons land binnen. Wie de moeite neemt even op de kaart van Gel­derland te kijken of een tochtje die kant op te maken, ziet onmid­dellijk dat de Rijn niet bij Lobith, maar bij Spijk het land binnen­komt. Spijk is weliswaar veel kleiner dan Lobith, maar het is niet onoog­lijk. In het midden van de negen­tiende eeuw was er flink wat steen­industrie, tegenwoordig heeft het zes­honderd inwoners.

Er is een tijd geweest dat Lobith aan de Rijn lag --- er was een tol­station gevestigd (W. J. Alberts: {Het Rijnverkeer bij Lobith anno 1306, Zutphen 1986), maar rond 1775 werd tussen waar nu Tolkamer en Millingen liggen het bijna twee kilometer lange Bijlands Kanaal (men zegt: bielands) gegraven. Op de kaart is de oude loop langs Lobith nog wel te herkennen. Bij Spijk komt overigens slechts de helft van de Rijn ons land binnen: de andere helft is nog Duits. Pas bij Millingen, zo'n acht kilometer verderop, is de Rijn helemaal van ons. Bijlands Kanaal

12 februari 2020


De Big Ben is het uurwerk op het Londense parlementsgebouw. De Big Ben is oorspron­kelijk niet het uurwerk, en ook niet de toren, maar de grote klok die de uren slaat. Een caril­lon van vier kleinere klokken zorgt voor het bekende wijsje, de Westminster Quarters, dat de compo­nist William Crotch rond 1794 constru­eerde op basis van een viool­motief in de aria ‘I know that my Redeemer liveth’ uit Händels Messiah (J. J. Raven: The church bells of Cambridgeshire, Lowestoft 1869): Vioolmotief uit I know that my redeemer liveth Big Ben is een van de zwaarste klokken ter wereld: hij weegt 13 762 kilogram, de hamer 203 kilo. De klok werd in 1859 geïns­talleerd in wat sinds 2012 de Eliza­beth-toren heet, en zou zijn naam ontlenen aan het parle­mentslid sir Benjamin Hall, die om zijn formi­dabele gestalte wel ‘Big Ben’ werd genoemd. Maar er was in die tijd ook een andere fameuze zwaar­gewicht, bokser Benjamin Caunt, met dezelfde bij­naam (A. Philips: The story of Big Ben, Londen 1959).

12 maart 2024


Geschiedenis

Heren sluiten links-over-rechts omdat de Romeinen het al zo deden. Er staat op p. 40 dat in victo­riaanse tijden, halver­wege de negen­tiende eeuw, vrouwen­kleding en mannen­kleding in onze contreien verschil­lende sluitingen kregen. Dat klopt wel, maar dat ook pas rond die tijd iemand opeens bedacht linker- en rechterschoenen te gaan maken, blijkt toch een misvatting.

‘De oude Egypte­naren, Grieken, Romeinen, middel­eeuwse en zelfs vroeg­moderne schoen­makers bezaten en benutten al de kennis voor het vervaar­digen van ongelijke paren, zoals archeo­logisch en gedrukt materiaal bewijst’ (B. E. Hazard: The organization of the boot and shoe industry in Massa­chusetts before 1875, Cambridge 1921).

Een paar schoenen uit het bezit van Immanuel Kant (1724–1804) in het museum van Dresden is duidelijk verschillend, en het Beiers Museum in München bezit ettelijke losse linker en rechter kinder­schoenen en rij­laarzen, de oudste uit de tweede helft van de vijf­tiende eeuw (S. Durian-Ress: Schuhe: vom späten Mittelalter bis zur Gegenwart, München 1991).

Het was vooral door de Reform­beweging aan het eind van de negen­tiende eeuw dat het vanzelfsprekend werd, om niet te zeggen verplicht, de vorm van de voet te volgen.

22 augustus 2021


Augustus voegde een dag toe aan augustus. Twee jaar na de dood van Julius Caesar in 44 v.Chr. voerden de bestuur­ders van Rome zijn voor­stellen tot hervorming van de kalender in, en zij noemden de maand Quintilis te zijner ere Julius. Aanvan­kelijk was er nog enige verwar­ring over de juiste telling van de schrikkel­jaren, maar keizer Augustus, de aange­nomen zoon en opvolger van Julius Caesar, zette de zaken op het goede spoor, waarna te zijner ere de maand Sextilis in Augustus werd herdoopt.

Augustus was echter jaloers dat Julius 31 dagen had en zijn maand maar 30, dus nam hij een extra dag van februari af en deed die bij zijn maand. Dat verhaal wordt graag aan de geschie­denis van onze kalender toegevoegd, maar het is evidente onzin.

Voor de juliaanse kale­nder­hervor­ming was het nodig het jaar van 355 dagen te verlengen tot 365 dagen, dus Caesar gaf de maanden Januarius, Sextilis en December twee dagen extra zodat die 31 dagen kregen. Vier maanden kregen een dag extra, en Februarius hield 28 dagen behalve in schrikkel­jaren. Er is geen Romeinse geschied­schrijver die het anders vertelt.

Het verhaal over Augustus komt uit de koker van de middel­eeuwse geleerde Sacrobosco, in zijn De anni ratione uit ongeveer 1235. Volgens hem gaf Caesar de maanden afwis­selend 30 en 31 dagen (februari 29 of 30), waarna Augustus een dag van februari stal. Het werd vooral bekend doordat de Encyclo­pedia Britan­nica het vanaf de zevende editie van rond 1830 klakkeloos navertelde (R. Lamont: Popular Astronomy, dl. 27 (1919), p. 583).

23 februari 2024


Er was ooit een vrouwelijke paus. De eerste die het verhaal (nog als `te onderzoeken') opschreef was Jean de Mailly, in zijn Chronica universalis uit 1255. Hij geeft niet veel details — hij noemt zelfs geen naam — en laat het incident in 1099 spelen. De pausin beviel bij het bestijgen van haar paard, werd met haar voeten aan de staart van het paard vastge­bonden en een halve mijl door Rome gesleept en gestenigd.

Het verhaal werd populair met de versie­ringen van Martin van Troppau, die het enkele decennia later vertelde in zijn veelgelezen Chronicon pontificum et imperatorum. Hij meldt dat een in Mainz geboren Engelse vrouw in 855 unaniem tot paus Johannes Anglicus was gekozen nadat ze, als monnik verkleed, Europa was doorgereisd en op iedereen indruk had gemaakt met haar geleerd­heid. Ze raakte echter zwanger van een bediende, en toen ze tijdens een processie van de Sint-Pieter naar het Lateraan onver­hoeds beviel, viel ze door de mand. Na haar over­lijden werd ze begraven in het steegje waar ze was bevallen.

Sindsdien, zo gaat het verhaal verder, moeten alle pausen eerst op een stoel met een gat in de zitting plaats­nemen, zodat ze op hun geslacht kunnen worden gecon­troleerd. De geestelijke die de proef afneemt, roept dan blij: ‘Habet!’ (‘Heeft!’), waarop de anderen: ‘Deo gratias!’ (‘God zij dank!’).

In de middel­eeuwen werd het verhaal algemeen voor waar gehouden; in 1587 hield Florimond de Raemond het in Erreur populaire de la papesse Ian voor het eerst kritisch tegen het licht.

20 maart 2024


Boerhaave was zo beroemd dat een brief aan ‘Boerhaave, Europa’ gewoon aankwam. Herman Boerhaave (1662–1738) was heel beroemd, maar dit lijkt toch wat over­dreven. de anek­dote wordt het eerst verteld door zijn leerling en bewonderaar William Burton, die in An account of the life and writings of Herman Boerhaave (Londen 1743) in een voetnoot opmerkt dat Boer­haaves faam wel blijkt uit een brief met het adres ‘To Mr. Boer­haave, physician in Europe’. De brief kwam volgens hem uit ‘a remote part of Asia’.

In zijn bekroonde Lofrede op Hermanus Boerhaave uit 1813 spreekt de arts Jacob-Lodewijk Kesteloot, eveneens in een voetnoot, zijn twijfel uit: ‘De overle­vering gewaagt van een brief uit Algiers, anderen zeggen uit China, welke aan Boerhaave door den Dey om raad in ziekte zoude geschre­ven zijn, en alleenlijk ten opschrift voerde: aan Boerhaave in Europa. Nergens hebben wij deze anec­dote genoeg­zaam bevestigd gevonden, beken­nende tevens, wat ons aangaat, daar minder, dan men gewoon is, belang in te stellen.’

Als hij meer belang­stelling had gehad, was hij misschien gestuit op het reisverslag Bemerkungen aus dem Gebiet der Natur­geschichte, Medicin und Thier­arzney­kunde (Berlijn 1804) van de Duitse bioloog Karl Rudolphi — al heeft die het over een brief ‘à Monsieur Boerhaave en Europe’ uit India. Het zat zo, zegt Rudolphi, alweer in een voetnoot: de dei van Tunis was ziek, en omdat zijn artsen hem niet konden helpen, vroeg hij de Neder­landse gezant of een arts in Europa hem zou kunnen behandelen. De gezant stelde Boer­haave voor, en de dei liet zijn secretaris een brief opstellen. Aangezien die niets wist van Holland of Leiden, zette hij als adres slechts: in Europa. De brief ging mee met de diplomatieke post, en via Den Haag ‘wohl sicher’ naar Leiden.

Hoe Rudolphi precies aan zijn verhaal kwam, vertelt hij niet, maar het geldt inmiddels als definitieve weerlegging (L. Kooijmans: Het orakel, Amsterdam 2011).

20 maart 2024


Nicot bracht de tabak naar Frankrijk, Raleigh naar Engeland. In 1851 zette de Franse geschied­kundige en Brazilië-kenner Ferdinand Denis de zaken recht in zijn pamflet Lettre sur l’intro­duction du tabac en France. Dat had ik even gemist.

In 1555 leerde de Franse ontdek­kingsrei­ziger André Thevet van de Tupinambá in Brazilië tabak te roken. Hij nam zaadjes van de plant mee en kweekte ze, terug in Angoulême, op. Hij zong de lof ervan in zijn Les singularitez de la France antarctique (Parijs 1557), al wees hij ook direct op het gevaar van verslaving.

Jean Nicot de Villemain is nooit in Amerika geweest. Hij werd in 1559 ambas­sadeur in Lissabon, waar de diplo­maat en geleerde Damiaan De Goes hem tabaks­plantjes uit Florida schonk. Nicot stuurde het ‘kruid met wonder­baar­lijke eigen­schappen’ direct naar Catherina de’ Medici als medi­cijn tegen haar migraine. Het werd aan het Franse hof al snel nicotiane genoemd — waarmee, tot uitge­sproken ergernis van Thevet, Nicots naam definitief aan de tabak was verbonden.

9 oktober 2022


Pim Fortuyn zei: ‘Mens ga koken.’ Nadat politicus Pim Fortuyn op 21 maart 2002 was weggelopen uit een televisiedebat, tergde televisieverslaggeefster Wouke van Scherrenburg hem met de vraag: ‘U bent een slecht verliezer, hè?’ Fortuyn antwoordde de eerste keer met ‘U bent een etter, mevrouw,’ de tweede keer, toen Van Scherrenburg aanhield, met ’Ach mevrouwtje, ga lekker naar huis, koken, veel beter’ (Youtube: PmEdkhnvMro).

23 februari 2024



Biologie

Scharrelkippen lopen vrij rond op het erf. Niet per se. Scharrelkippen leven met maximaal negen op een vierkante meter en ze kunnen binnen op een vaste vloer lopen. Vrije-uitloopkippen zijn scharrelkippen die ook nog minimaal 4 vierkante meter per kip in de buitenlucht hebben. Biologische kippen zijn vrije-uitloopkippen die met zes op een vierkante meter zitten. In de supermarkt zijn geen eieren uit een kolonie (30 bij 30 centimeter per kip) meer te koop. In Europa zijn legbatterijen zijn afgeschaft.

Van de leghennen in Nederland zit 55 procent in een kolonie, 30 procent kan scharrelen en 15 procent heeft vrije uitloop.

27 februari 2024


Een zaagvis zaagt De ‘zaag’ van de zaagvis is vooral een elektrisch orgaan, een antenne waarmee het dier het elektrische veld rond zijn prooi in de oceaanbodem waarneemt. Maar met de zaag kan het dier ook prooi in open water aanvallen: dan dient het orgaan vooral als houwdegen.

28 februari 2024


Wij hebben een reptielenbrein. De mens heeft eigenlijk drie breinen, waarvan twee geërfd van dieren. Ons oudste erfgoed is het reptielachtige brein, de hersenstam, waar vooral de instincten zetelen. Daarbovenop ligt een structuur overgenomen van de lagere zoogdieren, het limbisch systeem, met onze emoties, geheugen, empathie. En daaromheen gedrapeerd ligt het evolutionair jongste deel van onze hersenen, de neocortex, van belang voor rationaliteit en bewustzijn. De neocortex is typisch voor de hogere zoogdieren, en heeft bij de mens het hoogste stadium van ontwikkeling bereikt — ‘het brein van lezen, schrijven en rekenen’.

Aldus de bedenker van de theorie van het ‘drievuldige brein’, de Amerikaanse neuroloog Paul MacLean in de Journal of Nervous and Mental Disease, dl. 144 (1970), p. 374).

Het ‘reptielenbrein’ is vast onderdeel van de pop-psychologie geworden — ‘Sorry, het was mijn reptielenbrein dat reageerde.’ In de Verenigde Staten werd het reptielenbrein vooral bekend dankzij Carl Sagan, in Nederland dankzij Piet Vroon De tranen van de krokodil: over de te snelle evolutie van onze hersenen, Baarn 1989).

Het idee heeft in academische kringen minder aanhangers. Hoewel duidelijk is dat bepaalde hersenonderdelen bepaalde taken zijn toebedeeld, is bijvoorbeeld de hersenstam ook van belang bij de regulatie van emoties en zelfbeheersing. Hersenonderzoekers leggen tegenwoordig juist de nadruk op de voortdurende samenwerking en afstemming tussen alle onderdelen — ook een woedeaanval wordt beoordeeld op gevolgen op de lange en korte termijn, ook rationele overwegingen gaan gepaard met emoties.

Het ‘reptielenbrein’ is vooral een achterhaalde, antropocentrische metafoor. Een krokodillenmoeder zorgt goed voor haar nakroost, hagedissen hebben een rijk sociaal leven. De intelligentie van vogels is inmiddels legendarisch, en vissen hebben gewoon een hersenstam en een limbisch systeem.

23 februari 2024


Gezondheid

In spinazie zit veel ijzer. De in anekdotes vaak genoemde Emil Wolff — vanaf 1870 Emil von Wolff — middelde twee waarden uit eerder onderzoek en kwam uit op 3,35 procent ijzeroxide in tot as verbrande spinazie (de tabellen staan in Wolffs boek op pagina 101 van deel I en op pagina 128 van deel II), en dat heeft Jan Willem Nien­huys herleid naar de moder­nere waarden 386 milligram ijzer per 100 gram droge bestand­delen, en uiteraard niet per 100 milligram, zoals in het boek op pagina 180 staat.

27 april 2020


Paté komt van ganzenlevers. Volgens de Franse wet moet paté de foie gras voor minimaal de helft uit lever van vetgemest gevogelte bestaan, maar ganzen worden bijna niet meer gebruikt: vrijwel alle foie gras komt van de lever van speciaal voor dit doel gemaakte eenden (meestal de kruising tussen een muskuseend en een gewone wilde eend).

De eenden krijgen, nadat hun dieet eerst al enige tijd is opgevoerd, twee weken lang tweemaal daags dwangvoeding: veel te grote hoeveelheden mais die via een trechter in de slokdarm naar binnen worden gegoten. De lever van trekvogels is goed in het opslaan van vet als reservevoedsel, en die zwelt dan ook op enorm op. Een op de dertig dieren overleeft deze periode niet.

De eenden worden in kleine kooien gehouden, zodat ze amper kunnen staan, laat staan bewegen of hun vleugels uitslaan. Dat scheelt in het vangen, maar heel wat dieren lopen zo botbreuken en kneuzingen op.

29 februari 2024


Wetenschap

Copernicus opperde dat de planeten om de zon draaien. Hoewel Copernicus in zijn beknopte uiteenzetting over de kwestie, de Commentariolus uit 1510, ferm postuleert: ‘De banen van alle planeten liggen om de zon alsof die hun middelpunt is,’ laat hij er direct op volgen: ‘dus het middelpunt van het universum ligt bij de zon.’ Het middelpunt van het universum wordt zo in feite het middelpunt van de aardbaan — en dat middelpunt draait in een ingewikkelde baan op 4,8 tot 6,2 miljoen kilometer van de zon (de aarde zelf staat op 150 miljoen kilometer van de zon). Alleen met deze kunstgreep kon hij vrijwel alle astronomische waarnemingen netjes laten kloppen.

Het wordt vaak voorgesteld alsof Copernicus met zijn heliocentrische model het vijftienhonderd jaar oude geocentrische systeem van Ptolemeus sterk vereenvoudigde, maar zo was het niet, en zo wilde Copernicus het ook uitdrukkelijk niet, aldus wetenschapshistoricus Noel Swerdlow Proceedings of the American Philosophical Society, dl. 117 (1973), p. 423).

Pas dankzij Johannes Kepler, en de nauwkeurige waarnemingen van Tycho Brahe, vielen in 1609 alle puzzelstukjes op hun plek: de aarde draait niet in een cirkel, maar in een ellipsbaan om de zon, de zon staat op 2,5 miljoen kilometer van het middelpunt van de ellips.

29 februari 2024


Koud water bevriest eerder dan warm water. Inmiddels lijkt er toch helder­heid in de kwestie te zijn gekomen, vooral dankzij het labora­torium­werk van de Amerikaanse fysicus James Brownridge (American Journal of Physics, dl. 79 (2011), p. 78). ‘Het is mogelijk consistent heet water sneller te zien bevriezen dan koud water onder bepaalde omstan­digheden.’

Bij het bevriezen hebben de aller­eerste ijskristallen altijd micro­scopische veront­reinigingen in het water nodig voor houvast — als die slecht voorhanden zijn, kan de tempe­ratuur van het water ver onder het vriespunt dalen zonder dat het water bevriest. Bovendien geeft de ene veront­reiniging meer houvast dan de andere: dat kan tot wel 6 °C schelen. Door te werken met verschil­lende water­monsters — afgesloten buisjes met 10 millliter kraan­water, sneeuw­water of gedestil­leerd water — kon Brownridge water van 100 °C steevast tot wel tien minuten (op ongeveer een half uur) eerder laten bevriezen dan water van 25 °C. Hij kon het zelfs zo inrichten dat water van ongeveer 100 °C soms eerder bevroor dan water van ongeveer 0 °C.

9 oktober 2022


De kompasnaald wijst naar het noorden. Sinds oktober 2017 ligt de magnetische noordpool op het oostelijk halfrond en trekt hij zuidwaarts richting de Russische Noordland-archipel.

29 februari 2024


Galilei zei na zijn veroordeling: ‘En toch beweegt zij.’ De Ameri­kaanse astro­fysicus Mario Livio wist in 2020 het schilderij dat Jules Van Belle in zijn bezit had, op te sporen — het bleek in 2007 in Antwerpen te zijn geveild door een verre nazaat van Van Belle (Scientific American, blog 6 mei 2020). Het lijkt er bovendien sterk op dat het schilderij van Van Belle slechts een kopie is van een schil­derij uit 1837 van de Vlaamse meester Eugeen Van Maldeghem, Galilee in de gevangenis.

Eugeen Van Maldeghem: Galilee in de gevangenis

Eugeen Van Maldeghem: Galilee in de gevangenis. Foto: Gerald Delvaux / Stedelijke Musea Sint-Niklaas.

De fraaie vondst van Livio was voor mij aanleiding er nog eens goed in te duiken en een uitge­breid artikel over de geschie­denis van de gevleu­gelde woorden te schrijven voor het tijdschrift Skepter — om het hele verhaal niet nog eens te vertellen, verwijs ik hier maar naar dat stuk.

9 oktober 2022


De zwarte doos is naar Black genoemd. Deze misvat­ting doet alleen in Nederland de ronde — geen wonder: het verhaal is op 2 april 1991 gelanceerd door Trouw-redacteur Ruud Verdonck voor de onvol­prezen rubriek ‘Het Genootschap’. Verdonck intro­duceert verzekeringsagent Hugh Black (1898–1 april 1961), in Schotland opge­groeid maar met Belgische grootouders, Amedee en Cecile Zwart uit Oudenaarde. Black diende het voorstel de vlucht­gegevens te registreren in 1951 bij Lloyd’s in Londen in, aldus nog steeds Verdonck, maar toen zijn apparaat zes jaar later verplicht werd gesteld, was iedereen vergeten dat ‘Black box’ eigenlijk een eponiem was...

Een week later meldde de rubriek voor de zeker­heid nog maar eens nadruk­kelijk dat het heus een 1 aprilgrap was, maar toen had het verhaal al vleugels gekregen.

25 september 2020


Omstanders grijpen niet in. In de koude nacht van 13 maart 1964 werd de 28-jarige Kitty Genovese in New York achtervolgd en in de rug gestoken door Winston Moseley. Ondanks haar angstschreeuw schoot niemand haar te hulp. Haar belager liet haar even gaan, ze trachtte zich te verschuilen in een portiek, maar na enige tijd vond hij haar alsnog en vermoordde haar. Twee weken later wist de New York Times op de voorpagina te melden dat `38 eerbiedwaardige, gezagsgetrouwe burgers in Queens ruim een half uur toekeken hoe een moordenaar tot drie keer toe een vrouw achtervolgde en neerstak'. Een inspecteur was `geschokt door de apathie'. Dat verhaal was compleet ingestoken door de politie, zo blijkt uit het boekje dat de chef van de stadsredactie, Abe Rosenthal, er nog datzelfde jaar over schreef (Thirty-eight witnesses, New York 1964). Hij was erg trots op de scoop van zijn redactie (Skepter, jg. 34 (2021), nr. 3). Thirty-eight witnesses Uit latere reconstructies blijkt een andere toedracht (zie bijvoorbeeld van Kevin Cook: Kitty Genovese: the murder, the bystanders, the crime that changed America, New York 2014). Er gingen ramen open en er werd tot stilte gemaand (vandaar dat Moseley zijn aanval onderbrak om zijn auto uit het zicht te zetten), diverse buren hielden vol dat ze wel degelijk de politie hadden gebeld maar dat ze werden afgewimpeld, en een buurman kwam op het lawaai in het portiek af maar durfde niet zelf in te grijpen en waarschuwde na een klimpartij een buurvrouw. Had iedereen zich meteen moeten realiseren welk drama zich hier voltrok?

De tragedie wekte ook de belangstelling van de wetenschap, en vanaf 1968 is veel onderzoek ondernomen naar het `omstandereffect'. Inmiddels is duidelijk dat het effect wel bestaat — naarmate een groep omstanders groter is wordt de kans op ingrijpen kleiner — maar het effect is niet heel groot, in acute noodsituaties nog wat kleiner, als de dader kan worden gepakt nog kleiner, en als de omstanders even kunnen overleggen, verdwijnt het geheel. Het is in ieder geval te subtiel om met het blote oog waar te nemen (P. Fischer e.a.: Psychological Bulletin, dl. 137, p. 517).

23 februari 2024


Een echtpaar is gelukkiger met kinderen. Ook uit recent onder­zoek blijkt, overal ter wereld, hetzelfde patroon: echt­paren zonder kinderen zijn over het algemeen geluk­kiger dan echtparen met kinderen. Na de eerste maanden na de bevalling leveren kinderen stee­vast meer zorgen dan vreugde (L. Stanca: Journal of Economic Behavior and Organization, dl. 81 (2012), p. 742). Het geldt voor alle soorten huis­houdens, voor moeders en vaders, voor relaxte en gestreste types. En het verschil blijft als de kinderen het huis uit zijn.

De belangrijkste factor die het lijden van ouders kan verlichten, zo blijkt uit een grote inter­nationale verge­lijking van Jennifer Glass en collega’s (American Journal of Sociology, dl. 122 (2016), p. 886), is overheids­steun. In landen met uitge­breide ouder­schaps­voorzie­ningen, zoals Scandi­navië en Frankrijk, is het verschil in geluk beduidend kleiner dan in medi­terrane landen en vooral de Verenigde Staten.

9 oktober 2022


Kunst

Rousseau bedacht de term ‘nobele wilde’. Het idee van de nobele wilde valt het eerst te lezen in het verslag van de Franse advocaat Marc Lescarbot over zijn bezoeken in 1606 aan de Míkmaq in Noord­oost-Canada — het ‘nobele’ sloeg vooral op het feit dat de indianen geen menseneters waren. De frase werd beroemd door John Dryden, die in 1672 dichtte: ‘When wild in woods the noble savage ran.’

Jean-Jacques Rousseau (1712–1778) gebruikt de term nergens in zijn werken, zo betoogt antro­poloog Ter Ellingson in zijn The myth of the noble savage (Berkeley, 2001). Pas in 1859 duikt de combi­natie weer op in een rede van de Britse racis­tische diplomaat John Crawfurd, die ermee de idealen van sociale hervor­mings­beweging weghoonde. Crawfurd citeert in zijn toespraak de regel van Dryden, schetst een ellendig beeld van primi­tieve samen­levingen, en haalt dan Rousseau erbij: die ‘zeer excentrieke filosoof’, zei hij, was jaloers op de wilden, maar ‘een nachtje bij de Vuurlanders zou hem vast tot een verstan­diger conclusie brengen’.

De nobele wilde werd bedacht, aldus Ellingson, als stroman voor een politieke agenda, en daarvoor dient hij nog steeds — voor elke politieke agenda.

27 april 2020


Mark Twain zei: ‘Iedereen praat over het weer maar niemand doet er wat aan.’ De opmerking stond op 24 augustus 1897 in een hoofdartikel in de Hartford Courant: ‘A well known American writer said once that, while everyone talked about the weather, nobody seemed to do anything about it. He was right’. We mogen aannemen dat het werd geschreven door de hoofdredacteur, Charles Dudley Warner, maar wie was `de bekende auteur'? Vaak is verondersteld dat Warner doelde op zijn vriend en buurman Mark Twain, maar dankzij citatenvorser Garson O'Toole weten we inmiddels meer ( Quoteinvestigator). Warners tijdgenoten namen in ieder geval zonder meer aan dat hij naar zichzelf verwees — Warner was net zo beroemd als Twain, en bijna net zo geestig.

De eigenaar van de Courant, Joseph Hawley, noemde Warner al als bron in een toespraak in november 1884 voor de New Yorkse Kamer van Koophandel, evenals een anonieme auteur in het boekenblad The Book Buyer (1889). In zijn in memoriam voor Warner in Harper's Monthly Magazine — waarvoor Twain en Warner veel schreven — noemde hoofdredacteur William Howells de kwinkslag ‘perhaps one of the most representative examples of his wit’.

De eerste toeschrijving aan Mark Twain volgde pas in 1905.

20 maart 2024


William Hearst zei: ‘Nieuws is wat iemand niet in de krant wil. De rest is reclame.’ George Orwell en Orson Welles worden eveneens als geestelijk vader van het citaat genoemd — wat meestal al een slecht teken is.

Ook hier danken we veel inzicht aan Garson O’Toole van Quoteinvestigator. Hij vond de eerste melding van de anekdote in het journalistenweekblad The Fourth Estate van 30 november 1918: de chef stad van de Chicago Herald and Examiner Leonard Edwardson, had een bordje op zijn bureaublad met de tekst: ‘Whatever a patron desires to get published is advertising; whatever he wants to keep out of the paper is news.’ (Hearst was eigenaar van de krant, dus misschien had Edwardson het van hem.) Er volgen daarna nog verschillende andere formuleringen en bronnen, maar de eerste echte toeschrijving aan de mediamagnaat stamt uit 1930.

Het nu gangbare bon mot, waarin vooral belanghebbenden in plaats van adverteerders worden geïmpliceerd, is te vinden in het Britse tijdschrift The Motor van 14 december 1937, en toegeschreven aan ‘de hoofdredacteur van een grote krant’.

20 maart 2024


Godsdienst

De geboortedatum van Jezus. De Amerikaanse historicus Alden Mosshammer maakt in zijn The Easter computus and the origins of the Christian era (Oxford 2008) aanne­melijk dat we zowel de dag als het jaar van Jezus’ geboorte te danken hebben aan de historicus Julius Africanus, die rond 220 in Alexandrië een vijfdelige chrono­logie van de Bijbel vervaar­digde, de Chronographiai. Africanus redeneerde: aangezien de bevruch­ting van Maria niet anders dan een geheel aantal jaren na de schepping kon hebben plaatsgevonden, en de schepping per definitie op de eerste dag van het jaar — dus het begin van de lente, destijds 25 maart — kon hebben plaats­gevonden, moet Jezus negen maanden later, 25 december, zijn geboren.

Africanus betoogde verder dat er tussen de dag van de schep­ping en de komst van de Heiland precies 5500 jaar moest zijn verlopen, dus dat Jezus was geboren op 25 december 5501 Anno Mundi. De zesde-eeuwse monnik Dionysius Exiguus, aan wie wij de telling Anno Domini danken, trok 5500 af van de telling van Julius Africanus en begon opnieuw te tellen bij 1.

9 oktober 2022


Christenen geloven omdat het absurd is. De uitdrukking ‘Credo quia absurdum’ (‘ik geloof het omdat het ongerijmd is’) komt als zodanig niet voor bij enige laatantieke of middeleeuwse theoloog, en van christenen wordt iets dergelijks ook niet verwacht.

De woorden zijn, zo neemt de Van Dale althans aan, een verbastering van een uitspraak van Tertullianus, die rond 200 schreef: ‘Et mortuus est Dei filius. Prorsus credibile est, quia ineptum est. Et sepultus resurrexit: certum est, quia impossibile’ (‘De zoon van God is gestorven; dit is geheel en al geloofwaardig omdat het ongerijmd is. Hij is begraven en hij is verrezen, dat is zeker omdat het onmogelijk is’).

De nu gangbare formulering lijkt afkomstig van Voltaire, die in 1771 in een brief aan D'Alembert zijn verbijstering uitspreekt over de vervolging van zijn protegé Jean-François La Harpe: `U zult me zeggen dat hoe absurder het is, hoe meer ik het moet geloven, en dat het een geval is van credo quia absurdum.'

28 februari 2024


Algemene ontwikkeling

Een vulpen gaat naar je hand staan. Een correctie die ik al vele drukken eerder had moeten invoeren: het puntje van de pen bestaat al ongeveer een eeuw niet meer uit het zeldz­ame en dure iridium, maar uit een legering van verwante metalen, vooral wolfraam met ruthe­nium, rhodium en rhenium. Ook al heet het nog wel vaak ‘iridium’.

13 oktober 2020


Karnemelk is gekarnde room. Uit met melkzuurbacteriën aangezuurde room wordt boter gemaakt door die te karnen — stevig te roeren. De vetbolletjes breken, het vet klontert samen, en wat overblijft is karnemelk.

Dat was vroeger. Tegenwoordig is karnemelk gewoon magere melk met melkzuurbacteriën. Alleen bij de boerderij en bij antroposofische winkels is nog wel eens traditionele karnemelk te vinden — kenners zeggen het verschil direct te proeven.

23 februari 2024


Oude Eskimo’s gaan het ijs op om alleen te sterven. Na ruim twintig jaar vond Shetal Shah het wel eens tijd om alsnog zijn complete verhaal in te trekken (Journal of the American Medical Association, dl. 327 (2022), p. 1294). Niet omdat hij zich schaamde dat hij het uit zijn duim had gezogen en zijn opleider voor kwezel had uitgemaakt, maar omdat hij het inmid­dels respect­loos vond ‘in het licht van de huidige aandacht voor inclusie’. Hij zag nu in dat zijn artikel ‘onbe­doeld stereo­typen kan hebben versterkt of een verkeerde voor­stelling van inheemse Ameri­kanen en Alas­kanen kan hebben gegeven’.

Aan zijn verzoek tot retractie zouden anderen een voorbeeld kunnen nemen, voegde hij er nog aan toe: ‘Het laat zien dat het nooit te laat is om misstappen uit het verleden te corrigeren.’

10 april 2022


Kaft
Koop het boek